Meconium Ileus

Bij Meconium Ileus treedt een mechanische obstructie op van het darmstelsel door ingedikte eerste ontlasting (meconium). Dit kan onderdeel uitmaken van Cystic Fibrosis. Onderscheid wordt gemaakt tussen een ‘simpele’ meconium ileus en een ‘gecompliceerde’ meconium ileus (waarbij de darm een plotse draaiing vertoont of geperforeerd is).

  • Epidemiologie 
    Een korte verstopping (meconium plug) komt voor bij 1 op de 500 geboortes. Ernstigere vormen kunnen deel uitmaken van Cystic Fibrosis dat voorkomt bij 1 op 2.500 geboortes.

    Diagnose
    Bij een meconium ileus kan er op de prenatale echografie een dens aankleurende dundarmmassa te zien zijn, en hogerop in het darmstelsel een uitzetting van de darmen. Soms is de galblaas niet zichtbaar. Deze bevindingen zijn weinig specifiek voor een meconium ileus en kunnen ook bij andere ziektebeelden voorkomen. Als bekend is dat de ouders drager zijn van Cystic Fibrosis en de echografie dit beeld toont, wordt vaak overwogen een vruchtwaterpunctie te verrichten om de diagnose te bevestigen of te ontkrachten. Bij een gecompliceerde meconium ileus kunnen eventueel vocht in de buik en kalkplekjes te zien zijn op echografie. Het betreft hier dan een ‘steriele’ perforatie waar de foetus geen last van ondervindt.

    Als de baby bij de geboorte geen meconiumlozing heeft binnen de eerste 48 uur, gal braakt en een opgezette buik heeft moet onder andere aan meconium ileus worden gedacht. Andere ziekten kunnen echter hetzelfde beeld tonen. Verder onderzoek middels een contrastradiografie is dan nodig. Deze techniek kan enerzijds de vermoedelijke diagnose bevestigen maar werkt vaak ook therapeutisch met lozing van de eerste ontlasting. Bij een gecompliceerde meconium ileus zal de baby ziek zijn met eventueel koorts en een pijnlijke buik. Op röntgenfoto's is dan lucht in de vrije buikholte te zien.

    De behandeling
    Doel van de behandeling is de ingedikte ontlasting te verdrijven. Dit kan mogelijk al gebeurd zijn na de contrastfoto. Anders kan er een nieuwe spoeling worden herhaald. Na de evacuatie moet de diagnose Cystic Fibrosis worden uitgesloten of bevestigd; dit gebeurt via de hielprikscreening. Mocht er na meerdere spoelingen nog geen evacuatie zijn van de meconium, of betreft het een gecompliceerde meconium ileus, dan zal de meconium operatief worden verwijderd en zo nodig de buikholte worden gespoeld. Mogelijk wordt dan een tijdelijk stoma aangelegd, enerzijds om de darmen beter te laten helen, anderzijds om een soort spoeling van de darmen te bewerkstelligen.

    Opvang na de geboorte
    Bij de geboorte zal bij klinisch vermoeden van meconium ileus een röntgenfoto met contrast (cfr supra) worden gemaakt. Verder wordt vocht via een infuus toegediend tegen uitdroging. Een neusmaagsonde kan worden geplaatst om de darmen te laten ontzwellen. 

    Na de operatie
    Na de ingreep wordt in het begin nog vocht toegediend en eventueel verdere spoelingen verricht. Als er een stoma werd aangelegd, wordt deze 2 à 3 maanden na de ingreep verwijderd. Verder moeten de resultaten van de Cystic Fibrosis test worden opgevolgd.

    Risico’s van de operatie 
    Zoals bij elke ingreep kan er ook hier bloeding of infectie in de buik of van de wond optreden. Deze zijn weinig frequent en kunnen vaak met antibiotica worden behandeld. Zelden is er een echografisch geleide drainage van een vochtcollectie nodig.

    Verwachtingen op de lange termijn 
    Zelden kan er een vernauwing optreden op de plaats waar de darm is geopereerd. In het ergste geval wordt bij blijvende klachten een nieuwe darmverbinding aangelegd.

Sluit de enquête